Interactief voorlezen vergroot taalvaardigheid en leesplezier
Voorlezen is belangrijk voor de taalontwikkeling van leerlingen. Daarnaast levert het een positieve bijdrage aan het stimuleren van leesplezier en leren leerlingen verschillende genres kennen. Dat geldt voor jonge kinderen en leerlingen uit het voortgezet onderwijs.
In dit artikel lees je hoe je volgens de methodiek interactief voorlezen met leerlingen uit het primair en voortgezet onderwijs in gesprek gaat over boeken en verhalen.
Interactief voorlezen bij kleuters
Margreet Moolenijzer, leraar van basisschool Samenspel in Amsterdam, laat in de video zien hoe zij interactief voorleest aan leerlingen met een taalachterstand. Zij stelt duidelijke doelen voordat zij een prentenboek voorleest. Vervolgens laat ze de kinderen voorspellen waar het verhaal over gaat en stelt ze vragen tijdens het voorlezen. Elk kind komt aan bod en wordt geprikkeld om op een actieve manier taal te gebruiken (taalproductie).
Stappenplan interactief voorlezen
Moolenijzer laat bij iedere voorleesactiviteit de stappen van interactief voorlezen met behulp van pictogrammen terugkomen. Dit geeft leerlingen structuur en maakt het proces voorspelbaar. De stappen van interactief voorlezen zijn:
- Introduceer het verhaal. Bekijk met z’n allen de kaft en de illustraties van het boek. Laat vervolgens de leerlingen voorspellen waar het verhaal over gaat. Vraag bijvoorbeeld over wie het verhaal gaat, waar het verhaal zich afspeelt of wat er gebeurt in het verhaal.
- Lees het verhaal voor. Stel tussendoor vragen over het verhaal en leg begrippen uit.
- Bespreek het verhaal na afloop. Vraag leerlingen of hun voorspelling klopte en laat ze vertellen over hoe het verhaal begon, wat het probleem was, welke oplossing er was voor het probleem en hoe het verhaal afliep.
Een voorleesvoorstelling is een beleving
Een boek kun je niet alleen voorlezen, maar je kunt er ook een voorstelling van maken. Zo maak je van lezen een beleving. Dat is de ervaring van leraar en kinderboekenschrijver Jorge Bolle. In onderstaande video laat Bolle zien hoe hij van zijn boek, ‘De vogelfant’, een voorstelling maakt. Het helpt om kinderen van boeken te laten houden, aldus de auteur en leraar: ‘En het brengt ze liefde bij voor taal.’
Is voorlezen in het vo nog nodig?
Monique Castenmiller, hoofd mediatheek van het Nova College in Amsterdam, gebruikt de methodiek interactief voorlezen van Aidan Chambers om het lezen bij leerlingen in het vmbo te bevorderen. Voor, tijdens en na het voorlezen stelt ze prikkelende vragen waarmee ze leerlingen aan het denken zet.
Een van uitgangspunten van interactief voorlezen, is volgens Aidan Chambers het delen van leeservaringen. Chambers: “Praten over wat je gelezen hebt is essentieel, omdat we meestal pas weten wat we denken als we het onszelf horen zeggen.” Door te praten over boeken leren leerlingen het verhaal of gedicht beter te begrijpen en er betekenis aan te geven. Ook leren ze andere boeken kennen en krijgen ze inspiratie om zelf te lezen.
Wil je meer informatie over hoe je een goed gesprek over boeken op gang brengt? Lees dan de publicatie Over boeken gesproken van Stichting Lezen. Of lees de voorleestips voor leraren in het voortgezet onderwijs.
Meer weten over voorlezen?
- De Leesmonitor van Stichting Lezen geeft een overzicht van onderzoek naar de effecten van voorlezen.
- In het artikel Spannend en goed voorlezen en vertellen doe je zo krijg je tips om de aandacht van luisteraars vast te houden
- Lees over hoe voorlezen uit digitale prentenboeken de woordenschat van kleuters vergroot.