Klasindeling beïnvloedt sociale dynamiek
onderzoek
po

Klasindeling beïnvloedt sociale dynamiek

De manier waarop je leerlingen indeelt in de klas heeft invloed op de sociale dynamiek. Je kunt er vriendschappen mee stimuleren of negatieve relaties zelfs mee verbeteren. Een buddysysteem kan positief werken voor kinderen die agressief, druk of opstandig gedrag vertonen. Lees hoe je met een weloverwogen klasindeling kunt zorgen voor een positieve dynamiek in de groep.

© Rijksoverheid/Phil Nijhuis

Leerlingen brengen een groot deel van de dag door in de klas, vaak op een eigen plek of in een vaste stamgroep. Hier gaan ze aan slag met individuele taken of werken ze samen aan een groepsopdracht. Dit maakt dat sommige klasgenoten elkaar beter leren kennen en meer gaan waarderen.

Wie plaats je naast elkaar?

Als kinderen zelf mogen kiezen, dan willen ze het liefst naast iemand zitten die ze aardig vinden of die populair is, blijkt uit het onderzoek Ga lekker zitten… Nieuwe inzichten voor het maken van een klassenindeling. Ook vinden kinderen die dichter bij elkaar zitten, elkaar aardiger en populairder.

Toch kleeft er een groot risico aan het bij elkaar zetten van vrienden. Er zijn namelijk altijd leerlingen die minder goed in de groep liggen. Als je als leraar de keuze vrij laat, komen die leerlingen vaker aan de randen van de klas te zitten. Uit het onderzoek blijkt dat deze kinderen ook op langere termijn minder aardig gevonden worden. Daardoor lopen ze een groter risico om nog meer buiten de groep te vallen.

Onderlinge relaties verbeteren

Je kunt de klasindeling gebruiken om onderlinge relaties te verbeteren. Zo blijkt uit dit onderzoek dat leerlingen die elkaar niet aardig vinden, maar wel dicht bij elkaar zitten (en niet naast elkaar), elkaar na verloop van tijd aardiger gaan vinden.

Het indelen van de klas blijft wel een complexe taak, er bestaat een kans dat er neveneffecten optreden. Zoals leerlingen die minder goed gaan samenwerken, of meer agressie in de groep. De ene keuze kan die ene leerling helpen, maar de andere mogelijk schaden. Het is dus belangrijk om heel zorgvuldig te kijken welke leerlingen je naast of dicht bij elkaar zet.

Leerlingen met speciale onderwijsbehoeftes

Sinds de invoering van de Wet passend onderwijs heb je als leraar steeds vaker te maken met leerlingen met speciale onderwijsbehoeftes. Waar zet je leerlingen met externaliserende gedragsproblemen, zoals agressie of druk gedrag, het beste neer? Plaats je ze bij elkaar om beter toezicht te houden, of jutten ze elkaar dan juist op in hun storende gedrag? Kun je ze beter naast een klasgenoot zetten die rustiger is en meer gewenst gedrag laat zien? En wat zijn dan de risico’s voor die klasgenoot?

Uit ander onderzoek blijkt dat kinderen met gedragsproblemen baat kunnen hebben bij een buddy in de klas. De buddy in bovenstaand onderzoek lag goed in de groep, was populair en sociaal sterk, en liet ook meer gewenst en helpend gedrag zien. De leerling met probleemgedrag en de buddy gingen elkaar aardiger vinden en het externaliserend probleemgedrag verminderde. Bovendien vonden klasgenoten de buddy nog behulpzamer. De klasindeling kan dus helpen om leerlingen letterlijk een passende plek in de klas te geven.

Vrienden van invloed op schoolsucces

Onderzoeker Mariola Gremmen bracht sociale netwerken in kaart voor een meerjarig onderzoek op Nederlandse basisscholen en middelbare scholen. Leerlingen en leraren vulden vragenlijsten in, de leraren werden geïnterviewd en de rapportcijfers van de leerlingen werden gebruikt voor een analyse. Hieruit bleek dat de invloed van leeftijdsgenoten groot is op de schoolprestaties en het welbevinden van leerlingen.

Niet alleen vrienden zijn van belang als het gaat om motivatie en goede prestaties, het maakt ook uit naast wie je zit in de klas. Zelfs als dat geen vriend is. Het effect van gepest worden, geen vrienden hebben en niet populair zijn, bleek nadelig voor het welbevinden en de betrokkenheid en ook (in iets mindere mate) voor de schoolprestaties. In de brugklas van de middelbare school zoeken leerlingen vooral gelijkgestemden als vrienden. In de tweede klas zie je dat vrienden meer op elkaar gaan lijken, en dat hun schoolprestaties naar elkaar toe groeien.

Een overzicht van de aanbevelingen:

  • Leraren moeten niet alleen aandacht hebben voor de schoolprestaties van hun leerlingen, maar ook voor sociale relaties en het welbevinden.
  • Het is belangrijk om het onderlinge contact tussen leerlingen die goed en minder goed presteren te stimuleren. Leerlingen die risicogedrag vertonen – zoals alcoholmisbruik en in aanraking komen met criminaliteit – raken namelijk eerder bevriend met leerlingen die niet goed presteren.
  • Leraren moeten oog hebben voor de sociale dynamiek in de klas. Basisschoolleraren kunnen deze onder andere beïnvloeden via het bepalen van zitplaatsen in de klas.
Meer over dit onderzoek is te lezen bij het NRO.

Meer weten?

Blijf op de hoogte

Vandaag in je mailbox. Morgen toe te passen in de klas. Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang praktische tips, actuele informatie en ideeën voor jouw dagelijkse onderwijspraktijk.