Jongeren en mentale gezondheid: hoe kun je als leraar positief bijdragen?
De mentale gezondheid van jongeren is de laatste jaren achteruitgegaan. Onder andere door de gevolgen van de coronapandemie en de toenemende prestatiedruk voelen veel leerlingen zich somber of angstig en hebben ze motivatieproblemen. Lessen in mentale gezondheidsvaardigheden – voor leerlingen én leraren – kunnen helpen.
Het gaat de laatste jaren steeds minder goed met de mentale gezondheid van jongeren. Dat laten diverse onderzoeken zien. Het gemiddelde cijfer dat Nederlandse jongeren hun leven geven, is nog nooit zo laag geweest als in 2021. De score van een 7,1 is nog wel ruim voldoende, maar een heel stuk lager dan in 2001, toen het nog een 8 was. Omdat de gevolgen daarvan ook in de klas merkbaar zijn en een goede mentale gezondheid een voorwaarde is om tot leren te komen, zijn er veel scholen die hier iets aan willen doen. Janne Tullius onderzoekt wat daarvoor nodig is. “Ons onderzoek richt zich op mentale gezondheidsproblemen van jongeren en hoe je die in het voortgezet onderwijs preventief kunt aanpakken. In Canada vonden we een programma dat hierop aansluit en dat uitgaat van het aanleren van mentale gezondheidsvaardigheden. Doel daarvan is dat je leert hoe je jezelf mentaal gezond houdt, hoe je mentale problemen kunt herkennen en hoe je effectief hulp kunt zoeken als dat nodig is.”
Leraren missen vaardigheden
Leerlingen kennis bijbrengen over mentale gezondheid, begint bij kennis en vaardigheden van leraren. En daar kan nog winst behaald worden, ziet Tullius. “Jongeren blijken niet veel te weten over mentale gezondheid, maar ook weinig vertrouwen te hebben in de competenties van hun leraren op dit gebied. Ook leraren zelf vinden dat ze niet goed genoeg getraind zijn om over mentale gezondheid te praten.”
Een oplossing daarvoor is een trainingsprogramma mentale gezondheidsvaardigheden voor docenten, dat leraren handvatten geeft om met leerlingen over mentale gezondheid te praten en daar lessen over te geven. Het onderzoeksteam van Tullius ontwikkelt daarom op dit moment het programma Voor de klas. Ook de Diversion Academy heeft een training.
Een op de vier leerlingen
Een leraar is geen hulpverlener, maar je kunt wel een belangrijke rol spelen voor leerlingen. “Het is voor leerlingen vaak lastig om te herkennen dat het niet goed met ze gaat. Dat is deels iets wat je leert bij mentale gezondheidsvaardigheden, maar het is ook iets waar een leraar op kan wijzen. Door te vragen hoe het gaat, of op te merken dat een leerling zich anders gedraagt”, legt Tullius uit. Volgens haar zijn lessen in mentale gezondheid voor alle leerlingen relevant, niet alleen voor degenen die nu niet lekker in hun vel zitten. “25 procent van de jongeren krijgt in hun leven te maken met een psychische aandoening en het overgrote deel zal mentale problemen of overmatige stress ervaren. Dus dat je op jonge leeftijd de vaardigheden leert om die te herkennen en ermee om te gaan, is heel waardevol.”
Het doel van lessen in mentale gezondheidsvaardigheden:
1. Leren hoe ze een goede mentale gezondheid verkrijgen en behouden.
2. Leren wat psychische aandoeningen zijn, welke behandelingen daarbij horen en wanneer ze hulp moeten zoeken.
3. Leren praten over mentale gezondheid, zodat de schaamte om hulp te zoeken minder wordt.
4. Leren wat ze zelf kunnen doen en effectief hulp leren zoeken.
Mentoruur of biologieles
Het is het beste de lessen over mentale gezondheidsvaardigheden structureel te geven, zodat de aandacht ervoor niet wegzakt. Je kunt als school zelf bepalen bij welk vak je de lessen onderbrengt. Tullius: “Het ligt voor de hand om deze lessen in een mentoruur te geven, maar het kan ook tijdens maatschappijleer, in de les lichamelijke opvoeding of tijdens biologie, waar je leert hoe het brein werkt.”
Ondersteuning voor leraren
Het is ook belangrijk dat je als leraar ondersteuning krijgt in het begeleiden van leerlingen en studenten. “Stel, er komt op vrijdagmiddag een leerling naar mij toe die zegt dat hij niet naar huis kan, omdat het daar onveilig is. Dan ga ik ook niet lekker mijn weekend in”, zegt mbo-docent Lieke Brugman. “Zo’n gesprek kan heftig zijn en doet wat met je. Niet alleen op het moment zelf, maar soms ook nog na een week of een maand. Dan moet je wel het gevoel hebben dat er door de school en je collega’s ook voor jou gezorgd wordt.”
Op zo’n moment helpt de ondersteuning van bijvoorbeeld een teamcoach, bij wie je terechtkunt met vragen. Binnen een lerarenteam is een open cultuur aan te raden, waarin veel aandacht is voor wat collega’s ervaren en hoe ze zich voelen.
Meer weten?
- Hoe ga je als leraar om met een depressieve leerling?
- Samen met jeugdhulpverleners preventief de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen stimuleren doe je zo.
- Zorgen voor studenten, begint met zorgen voor jezelf én collega’s.
- Het NJi heeft een overzicht van onderzoeken naar de gevolgen van de coronapandemie op de mentale gezondheid van jongeren.
- De VO-raad heeft inspiratie- en ondersteuningsartikelen voor scholen die het welbevinden van hun leerlingen willen versterken.
- De Diversion Academy biedt gratis trainingen aan voor docenten om het gesprek aan te gaan met jongeren over mentale gezondheid.
- De lessenserie Je Brein de Baas?! over mentale gezondheid voor middelbare scholieren is gratis te downloaden bij het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid.