Het effectief aanbieden van vroeg vreemdetalenonderwijs
Vroeg vreemdetalenonderwijs houdt in dat basisscholen hun leerlingen een vreemde taal aanbieden, zoals Engels, Duits, Frans of Spaans. Wat levert dat op en wat is de beste aanpak om het effectief in te zetten?
Volgens de Nederlandse wet mogen basisscholen maximaal 15% van hun onderwijstijd inzetten om Engels, Duits of Frans aan te bieden aan hun leerlingen. Voor een school is het aanbieden van vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto) een mooie manier om zich te profileren. Daarbij kan het een impuls zijn voor internationale contacten en samenwerking met scholen in het buitenland.
Voordelen vvto
Jonge kinderen pakken meestal gemakkelijk een vreemde taal op. Zij hebben nog geen moeite met het uitspreken van bepaalde klanken. Het leren van een vreemde taal stimuleert de taalgebieden in de hersenen van kleuters en dat levert een extra voordeel op bij het leren van hun eerste of een andere taal. Het werkt vooral goed als leerlingen spelenderwijs in aanraking komen met een vreemde taal, omdat ze dan plezier beleven tijdens het leren.
Eigen leraar of native speaker?
Een school kan ervoor kiezen om vvto door de eigen leraren te laten geven of door een externe native speaker. Deze moet vanzelfsprekend de didactiek van vreemdetalenonderwijs aan jonge leerlingen beheersen. De voordelen en nadelen van een eigen leraar versus een native speaker zijn:
- Een eigen leraar heeft als voordeel dat hij onderdeel is van de schoolcultuur, kennis en ervaring heeft in alle leergebieden op school en weet wat de leerlingen wel en niet kunnen.
- Een eigen leraar kan op verschillende momenten van de schooldag de vreemde taal gebruiken.
- De native speaker heeft als voordeel dat hij de doeltaal vloeiend beheerst.
- Het kan interessant zijn om van native speakers gebruik te maken, omdat deze veelal zonder loonkosten ingezet kunnen worden.
Zo zet je vvto effectief in
Om vreemdetalenonderwijs zo goed mogelijk aan te bieden met een zo groot mogelijk effect, is het wel belangrijk dat je een doorlopende leerlijn hanteert op school. Voor de leerdoelen van het vvto kan een school het Europees Referentiekader als uitgangspunt gebruiken. In groep 8 kunnen de leerlingen een internationaal erkend examen doen in de taal op hun eigen niveau.
De praktijk van Engels, Duits of Frans in je klas
De meeste scholen die vvto aanbieden kiezen voor de Engelse taal. Op OBS De Krullevaar krijgen leerlingen vanaf groep 1 Engelse les. De school zorgt voor een doorlopende leerlijn en daardoor kunnen leerlingen makkelijker doorstromen naar het tweetalig vervolgonderwijs op het Anna van Rijn-college.
In de grensregio’s zijn ook scholen die Duitse of Franse les geven. Het project Buurtalen van Nuffic biedt informatie en een lijst met lesmateriaal. Bekijk de video van een Duitse les op basisschool Bösdael in Reuver.
Franse les geven met een native speaker
Op de Sint Aloysiusschool in Maastricht krijgen kinderen al vanaf groep 1 lessen in het Frans. De leraren hebben hiervoor cursussen gevolgd en geven soms ook samen met een native speaker les. In de video geven zij tips en delen zij hun ervaringen.
Taallessen in kleine groepjes
Vvto op de Europaschool in Amsterdam is vanaf groep 1 geïntegreerd in het lesprogramma. Leerlingen krijgen drie uur extra les in de vreemde taal die ze hebben gekozen: Frans, Engels of Spaans. In principe is dat een taal die de leerling niet thuis spreekt. Tijdens de taallessen gaan de leerlingen in drie kleine groepjes naar de Engelse, Franse of Spaanse taalleraar. Vroeg starten met het leren van een vreemde taal heeft veel voordelen, zeggen de leraren in de video.
Ervaringen van basisscholen met didactische principes van CLIL
Content-and-Language-Integrated-Learning (CLIL) is een didactische benadering voor scholen die vvto aanbieden. Het is een didactiek die tegelijkertijd de ontwikkeling van taal en van vakinhoud ondersteunt en versterkt.
In het kortlopende praktijkonderzoek ‘CLIL in het basisonderwijs: Versterking van zaakvakdidactiek door focus op taal’ is onderzocht wat leerkrachten ondersteunt in het creëren van een onderwijsleeromgeving die gericht is op hoogwaardige kennisontwikkeling van leerlingen. Het gaat dan specifiek om zaakvaklessen met Engels als voertaal.
In een ontwerpgericht professionaliseringstraject experimenteerden leerkrachten van vijf scholen in de praktijk met de toepassing van zes didactische principes van CLIL:
1. Het bieden van betekenisvolle context
2. Het toegankelijk maken van vakinhoud en vaktaal
3. Het stimuleren van interactie
4. Het stimuleren en begeleiden van inhoudelijke en talige kennistoepassing
5. Het besteden van aandacht aan schoolse en vakspecifieke taal(vaardigheid)
6. Het benutten van de eerste taal/meertaligheid van leerlingen
Onderdeel van het onderzoeksproject was de ontwikkeling van drie hulpmiddelen:
1. Een set factsheets waarin de zes theoretische principes in begrijpelijke taal worden samengevat en geïllustreerd met voorbeelden van bijbehorende procedures.
2. Een zelfevaluatie-instrument die leerkrachten kunnen gebruiken als input voor reflectie op het eigen CLIL-didactisch handelen.
3. Een ontwerpkader voor CLIL-lessen, dat stuurt op een bewuste inzet van de zes principes.
Deze hulpmiddelen kunnen handvatten bieden aan alle leerkrachten in het tweetalig basisonderwijs.
Meer informatie is te lezen in het onderzoeksrapport:
CLIL in het basisonderwijs: Versterking van zaakvakdidactiek door focus op taalMeer weten?
- Engels les aan kleuters: hoe doe je dat?
- Op de website van Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationalisering in het onderwijs vind je meer informatie over vvto.
- Lees meer over de effecten van vvto in het onderzoek Zicht op vroeg vreemdetalenonderwijs 2017 of bekijk het onderzoek van de Onderwijsinspectie over Engels op de basisschool.
- Het Expertisecentrum Engels voor de basisscholen is één van de grootste en meest toonaangevende landelijke netwerken vvto.