Vrij Lezen: een motiverende leesaanpak
Veel leerlingen lijken niet zo gemotiveerd om te lezen. De traditionele aanpak om lezen te bevorderen richt zich met name op het vlotter technisch lezen en op het beter begrijpen van teksten. De aanpak Vrij Lezen gaat juist uit van de leesmotivatie van de leerling, en mikt op het vergroten van de achtergrondkennis en woordenschat. Met resultaat: leerlingen gaan daardoor meer en beter lezen.
Leerlingen die een leesbevorderingsprogramma volgen dat aansluit bij hun interesses gaan vooruit in leesvaardigheid. Ook raken ze zo gemotiveerder om te lezen. Dat blijkt onder andere uit onderzoek van Atwell (2007), Smith en Wilhelm (2002) en Marzano (2004).
Stanovich en Cunningham (1998) wijzen op een sterk verband tussen lezen en achtergrondkennis. Kennis van de wereld, diepe kennis over woorden en concepten geven context aan dat wat leerlingen lezen. Leerlingen die over weinig achtergrondkennis en een kleine woordenschat beschikken, zijn minder goed in staat om over een tekst na te denken en deze te begrijpen. Volgens Marzano (2004) kun je achtergrondkennis vergroten door meerdere teksten en boeken over hetzelfde onderwerp te lezen.
Deze wetenschappelijke inzichten hebben geleid tot de leesaanpak Vrij Lezen, waarbij leerlingen veel lezen en daardoor hun achtergrondkennis en woordenschat vergroten. Leerlingen mogen daarbij zelf kiezen wat ze lezen.
Hoe werkt Vrij Lezen?
Bij de aanpak Vrij Lezen brengen leerlingen allereerst hun interesses in kaart. Vervolgens verzamelen ze daar passend leesmateriaal bij. Wezenlijk is dat leerlingen vrij worden gelaten in wat zij willen lezen. Hierdoor beginnen ze er met meer plezier aan.
Door het toenemende leesplezier raken leerlingen gemotiveerder om te lezen, waardoor ze ook meer ‘leeskilometers afleggen’. Dit leidt tot een grotere leesvaardigheid, wat weer positieve effecten heeft op kennisverwerving en -verwerking.
De laatste belangrijke stap in de aanpak is dat leerlingen de informatie die ze hebben opgedaan tijdens het lezen verwerken. In dit onderzoeksproject hebben onderzoekers van onderwijsadviesbureau CPS verwerkings- en verdiepingsopdrachten ontwikkeld, die leerlingen helpen om interactie aan te gaan met zowel de tekst, als met andere leerlingen of de leraar.
Meer kennis en leesplezier door gevarieerde opdrachten
De aanpak Vrij Lezen zet leerlingen aan om na te denken over wat ze hebben gelezen. De opdrachten zijn zo geformuleerd dat ze aansluiten bij de leerlingen, waardoor het maken ervan geen saaie verplichting wordt. Ze zijn kort en krachtig en kunnen individueel of in groepjes worden gedaan.
Voorbeelden zijn:
- Schrijf een boze mail aan de hoofdpersoon
- Teken een andere kaft
- Verzamel moeilijke woorden
- Doe een ‘boek-talk’
- Geef je boek een cijfer met motivatie
Dergelijke opdrachten zorgen ervoor dat leerlingen de informatie beter opslaan in hun geheugen. Zo vergroten ze hun achtergrondkennis.
Ervaringen met Vrij Lezen in het vo
Sinds 2008 experimenteert CSG Reggesteyn in Nijverdal met het project Vrij Lezen. Iedere brugklasleerling heeft één extra uur lezen in de week. In dat lesuur lezen de leerlingen ongeveer dertig minuten. In de resterende tijd houden ze hun leesportfolio bij. Hierin schrijven ze welke boeken ze lezen en maken ze verwerkingsopdrachten bij het gelezen boek. De boeken die ze hier lezen, mogen ze op de leeslijst voor Nederlands zetten.
CSG Reggesteyn heeft bekeken welke factoren het succes van het leesproject bevorderen of juist belemmeren. Nauwe samenwerking met de mediatheken bleek van belang: zij ondersteunen de betrokken leraren en leerlingen bij het promoten van en zoeken naar passende boeken. Het helpt ook om structureel tijd vrij te maken voor het leesuur. Leraren zijn zich bewust van de doelen van het leesuur, maar deze zouden nog duidelijker op schoolniveau geformuleerd kunnen worden.
Het kan belemmerend werken voor het leesproject dat niet alle docenten het leesuur op een vergelijkbare wijze invullen. Afstemming op school- of locatieniveau over de invulling van het leesuur kan het effectiever maken. Waar de locatieleider meer betrokken was bij de inrichting van het leesuur bleken leraren en leerlingen gemotiveerder voor het leesproject. Betrokkenheid van de leiding lijkt dus ook een bevorderende factor te zijn.
Opvallend waren de bijeffecten van het leesproject. Het werd rustig in de drukste klassen. Ook jongens vinden lezen leuk, als ze maar kunnen lezen wat hen interesseert. Leraren stonden bij wijze van spreken in de rij om mee te doen. Daarnaast hebben de leerlingen leesvoer in de tas. Dus na een toets of bij een inval-uur zie je leerlingen een boek pakken.
Wetenschappelijke basis van Vrij Lezen
De aanpak Vrij Lezen is gebaseerd op drie leesprogramma’s. Aan Sustained silent reading van Janice Pilgreen (2000) zijn acht voorwaarden ontleend, waaraan een interventieprogramma ter bevordering van leesvaardigheid en leesmotivatie moet voldoen:
- Toegankelijkheid: boeken moeten beschikbaar zijn
- Aantrekkingskracht: ze moeten aansluiten bij de interesse van leerlingen
- Bevorderlijke omgeving
- Aanmoediging: de leerlingen dienen positieve feedback te krijgen
- Teamtraining
- Non-verantwoordelijkheid: de leerlingen worden vrijgelaten in het kiezen van een onderwerp, soort leesmateriaal, de moeilijkheidsgraad en de wijze van verwerking
- Vervolgactiviteiten
- Verspreide leestijd: meerdere keren per week
Vrij Lezen onderscheidt daarnaast vijf stappen voor ‘interesse verbredend lezen’ (op grond van Marzano, 2008):
- Leerlingen verwoorden hun interesses
- Ze kiezen leesmateriaal dat aansluit bij hun interesses
- Leerlingen hebben tijd om ongestoord te kunnen lezen
- Ze leggen hun reactie op het leeswerk vast
- Ze gaan interactief aan de slag met de informatie
De voorwaarden en stappen sluiten ook nauw aan bij het bekende concept van de Leescirkel van Aidan Chambers (2002):
Meer weten?
- Alle informatie over de aanpak Vrij Lezen is te vinden in de CPS-publicatie Leeskilometers maken op school. Hierin vind je een beschrijving van de aanpak en alle materialen bij de stappen, zoals 98 opdrachten en werkbladen voor leerlingen en een handleiding voor leraren.
- Zie hoe mbo-opleiding START.Deltion vrij lezen heeft ingevoerd. Dit is een variant op de aanpak van CPS: wel de vaste leesuren, maar geen bijbehorende opdrachten.
- De leesvaardigheid van Nederlandse 15-jarigen is in 2022 drastisch gedaald, blijkt uit het internationale PISA-onderzoek.